Ergernis is negeren
Rennen, fietsen, wandelen of kanoën. Ik kom elke dag buiten en elke dag zie ik zwerfvuil. Ik verbaas me er niet meer over en erger me er doorgaans niet aan. Het leven wordt er niet leuker op bij ergernissen en wat kan je eraan doen.
Wat kan je er aan doen?
Tot vandaag. Het is windkracht 9, ik ben aan het rennen, er waait van alles langs. In mijn ooghoek zie ik een buurman verderop wat zwerfvuil uit zijn tuin halen. ‘Goed bezig buurman’ denk ik maar op dat moment gooit hij het weg, de steeg in. Verbouwereerd sta ik stil. Duhhh, hoe kan dat. Je haalt wat uit je tuin en gooit het op straat. Je loopt zo langs je grijze container!
Gedesillusioneerd loop ik verder, ik pik het ritme van rennen weer op. Ondertussen een symbolisch schouderklopje: ‘ik heb mijn mond gehouden, scheelt ruzie’ en op de andere schouder ‘waarom heb je niks gezegd, neem je verantwoording voor zwerfvuil’. Een dilemma. Wanneer wijs je iemand op zijn verantwoording en wanneer niet.
Wiens verantwoording is zwerfvuil
Zwerfvuil. Wie heeft er niet iets op straat gegooid, een peuk, een snoeppapiertje of zoals mijn zoon in zijn tienertijd deed, een heel pak folders. Maar wiens verantwoording is het zwerfvuil. In geval van mijn bengel: hij én ik. Stukje opvoeding over zwerfvuil, eerlijk geld verdienen en openheid als je iets niet ziet zitten. In geval van de peuk, de zakdoekjes, de chips zakken, de koekverpakkingen of waterflesjes: de eigenaar daarvan. En in het verlengde de verkoper.
Ik zie mooie initiatieven: strandtenten die een geslaagde campagne opzetten om het strand dagelijks schoon te houden, winkeliers die de omgeving uitkammen, fastfoodrestaurants die hun personeel de buurt laten afstruinen en natuurlijk het ploggen. Niettemin, het zijn de mensen die de rotzooi maken.
Zwerfvuil en duurzaamheid
Nu heet dat duurzaamheid. Vroeger heette dat je plicht. Wee mijn gebeente als ik iets liet zwerven tijdens de uitjes. ‘Als je iets meeneemt, kun je het ook mee terugnemen’ ik hoor het mijn moeder nog zo zeggen.
Mijn vader voegde de daad bij woord. Tijdens het roeien nam hij een grijper mee. Elke week haalde hij wel een paar kilo uit de sloot. En ik, ik ren door en hoop, wens, verwacht, dat de lessen van de (groot)ouders tot mijn koters zijn doorgedrongen.
Nu zelf nog even actie ondernemen. Een grijper bij de gemeente halen en vuil uit mijn omgeving opruimen. Want eerlijk is eerlijk, ik heb het stuk plastic ook niet meegenomen naar huis. Dus buurman, fijne dag en tot ziens.
Op jouw lekker leuk!
Michaëla Wierdsma
NB: Inmiddels heb ik ook daad bij woord gedaan en heb een grijper bij de Blokker gekocht. Met een plastic zak loop ik nu minimaal eens per week door een wijk om zwerfvuil op te rapen. Na zo’n 90 minuten lopen ben ik 15 kilo (ja kilo….) zwerfvuil ‘rijker’. Het is weer eens wat anders om in je vrije tijd te doen 🙂